Zoek een zeldzame ziekte
Andere zoekoptie(s)
Lamellaire ichthyosis
Definitie ziekte
Lamellaire ichtyose (LI) is een keratinisatiestoornis gekenmerkt door de aanwezigheid van grote schilfers over het hele lichaam zonder significante erytrodermie.
ORPHA:313
Classification level: Aandoening- Synoniem(en):
- Congenitale lamellaire ichthyosis
- Klassieke lamellaire ichthyosis
- LI
- Prevalentie: 1-9 / 1 000 000
- Erfelijkheid: Autosomaal recessief
- Leeftijd bij eerste symptomen: Neonataal
- ICD 10: Q80.2
- OMIM-nummer: 242300 601277 604777 606545 612281 613943 617571
- UMLS: -
- MeSH: D017490
- GARD: 10803
- MedDRA: 10023686
Samenvatting
Epidemiologie
Het is de meest voorkomende variant van autosomaal recessieve congenitale ichtyose (ARCI; zie deze term). De prevalentie wordt geschat op ongeveer 1/100.000 - 1/1.000.000 individuen.
Klinische beschrijving
Pasgeborenen zijn vaak omhuld door een collodiummembraan (strak, glanzend, doorzichtig membraan dat lijkt op een extra huidlaag) en vertonen ectropie en eclabium. Nadat het membraan verdwenen is (na een à twee weken), worden de schilfers die het volledige lichaam bedekken zichtbaar. Bij klassieke LI zijn de schilfers groot, donker en plaatvormig. Mildere vormen met lichtere en dunnere schilfers zijn mogelijk. In tegenstelling tot congenitale ichthyosiforme erytrodermie (CIE) is er geen significante erytrodermie. Niettegenstaande zijn LI en CIE de twee uitersten van eenzelfde spectrum waarbij vele patiënten intermediaire fenotypes vertonen. Bovendien kunnen de fenotypes van de patiënten na verloop van tijd of door behandeling veranderen. De huid jeukt gewoonlijk of voelt pijnlijk aan (barstjes), de beweeglijkheid kan verminderd zijn als gevolg van huidstijfheid en de gevoeligheid kan verminderd zijn als gevolg van de huiddikte. Andere geassocieerde kenmerken omvatten: persistente ectropie en geassocieerde oogcomplicaties (keratitis, corneale littekenvorming), nageldystrofie, cicatriële alopecie, palmoplantaire keratoderma, ernstige groeivertraging, kleine gestalte, hypohidrose met warmte-intolerantie, en gehoorstoornissen (als gevolg van accumulatie van schilfers in het uitwendig oor).
Etiologie
LI is een genetisch heterogene ziekte. Ze wordt veroorzaakt door mutaties in de genen TGM1, ABCA12, ALOX12B en NIPAL4. De meeste mutaties worden aangetroffen in het TGM1 gen dat codeert voor transglutaminase 1, dat een rol speelt bij de vorming van de epidermale verhoornde celenvelop. ABCA12 codeert voor een ATP-bindende cassettetransporter (ABC-transporter), dat een rol speelt bij het lipidentransport, ALOX12B codeert voor arachidonaat 12(R)- lipoxygenase dat een rol speelt bij het lipidenmetabolisme en NIPAL4 codeert waarschijnlijk voor een membraanreceptor. Er is geen duidelijke genotype-fenotype correlatie.
Diagnostische methodes
De diagnose is gebaseerd op het klinische aspect van de huid. Het histologische aspect van de huid is niet specifiek. Moleculaire testen zijn mogelijk maar zijn niet beschikbaar in de huisartsenpraktijk . Immunohistochemische testen gebaseerd op antilichamen gericht tegen TGase 1 of TGase 1 enzymactiviteitmeting zijn in sommige centra beschikbaar.
Differentiële diagnose
Differentiële diagnoses omvatten syndromale vormen van ichtyose, recessieve X-gebonden ichthyosis en autosomaal dominante ichthyosis vulgaris in milde vormen, en CIE in geval van erytrodermie (zie deze termen). De ziekte wordt overgedragen als een autosomaal recessieve eigenschap.
Antenatale diagnose
Prenatale diagnose is gebaseerd op DNA-analyse van stalen verkregen door vruchtwaterpunctie en vlokkentest. Het collodiummembraan kan door middel van echografie gedetecteerd worden.
Genetisch advies
Er dient genetische counseling te worden geboden aan de getroffen families, waarbij ze worden geïnformeerd over het 25% risico op recidief.
Beheer en behandeling
De behandeling is gebaseerd op het dagelijks aanbrengen van emollientia of keratolytica. Voor ernstige vormen zijn retinoïnezuren per os geschikt (gewoonlijk meer dan 35 mg/d voor volwassenen en 0,7 mg/kg/d voor kinderen).
Prognose
De prognose is variabel. Gedurende de neonatale periode bestaat er een risico op sepsis en hydro-elektrolytische problemen. De ziekte blijft vaak gedurende het hele leven stabiel, met periodes van exacerbatie. De levensverwachting is normaal. De ziekte heeft een sterke impact op de levenskwaliteit door het veranderde lichamelijke uiterlijk, de vervelende symptomen en de beperkingen veroorzaakt door de ziekte en de behandeling.
Gedetailleerde informatie
Artikel voor het grote publiek
Artikel voor experts
- Samenvatting
- Polski (2012, pdf)
- Suomi (2012, pdf)
- Richtlijnen voor spoedgevallen
- Français (2018, pdf)
- Anesthesierichtlijnen
- English (2014, pdf)
- Praktische genetica
- English (2013, pdf)
- Clinical genetics review
- English (2017)
Aanvullende informatie