Zoek een zeldzame ziekte
Andere zoekoptie(s)
Erfelijke sensorische en autonome neuropathie type 4
Definitie ziekte
Een zeldzame, erfelijke, sensorische en autonome neuropathie gekarakteriseerd door anhidrose, ongevoeligheid voor pijn, zelfverminking en episodes met koorts.
ORPHA:642
Classification level: Aandoening- Synoniem(en):
- CIP - anhidrose-syndroom
- Congenitale ongevoeligheid voor pijn - anhidrose-syndroom
- Erfelijke sensorische en autonome neuropathie type IV
- HSAN 4
- Prevalentie: Unknown
- Erfelijkheid: Autosomaal recessief
- Leeftijd bij eerste symptomen: Kindsheid, Neonataal, Kindertijd
- ICD 10: G60.8
- ICD-11: 8C21.2
- OMIM-nummer: 256800
- UMLS: C0020074
- MeSH: -
- GARD: 3006
- MedDRA: -
Samenvatting
Epidemiologie
Terwijl meerdere honderden gevallen wereldwijd gerapporteerd werden, is de exacte prevalentie niet gekend. De meeste gevallen die werden beschreven zijn afkomstig van de populatie van Israëlische Bedoeïenen en Japan waar de prevalentie wordt geschat op 1/600.000-950.000.
Klinische beschrijving
De ziekte presenteert zich doorgaans in de zuigelingentijd, maar kan zich occasioneel presenteren tijdens de neonatale periode. Bij 50% van de patiënten werd bloedverwantschap gerapporteerd. Episodische koorts zonder duidelijke infecties, extreme hyperpyrexie en febriele convulsies als gevolg van het onvermogen om warmte af te voeren ten gevolge van anhidrose, alsook zelfverminking zijn meestal de vroegste tekenen van de ziekte. Het hoofdkenmerk is afwezigheid van zweten aan de romp en de ledematen, en occasioneel produceren patiënten wat vocht op het voorhoofd, de neuspunt en de sulcus glutaeus. De huid wordt dik en eelterig met lichenificatie van handpalmen, gebieden met hypotrichose op de hoofdhuid en dystrofische nagels. Diepe peesreflexen zijn meestal aanwezig. De ongevoeligheid voor pijn is zeer diepgaand en leidt tot zelfverminking, autoamputatie, en littekenvorming op het hoornvlies, maar sommige patiënten behouden gewaarwording van temperatuur. Vibratiezin en positiezin zijn normaal of matig verminderd. Botfracturen genezen traag en gewrichten die een groot gewicht dragen zijn des te meer vatbaar voor herhaaldelijk trauma en ontwikkelen frequent Charcotgewrichten en osteomyelitis. Hypotonie en vertraagde mijlpalen van de ontwikkeling komen frequent voor in de vroege jaren, maar normaliseren soms met de leeftijd. De spraak is doorgaans duidelijk, maar patiënten vertonen ernstige leermoeilijkheden, prikkelbaarheid, hyperactiviteit, en cognitieve stoornis. Bij enkele patiënten werd echter normale intelligentie gerapporteerd. Milde posturale hypotensie met compenserende tachycardie kan aanwezig zijn, maar episodische hypertensie niet. Ongeveer 20% van de patiënten heeft scoliose.
Etiologie
De ziekte is het gevolg van mutaties in het gen NTRK1 (1q21-22).
Diagnostische methodes
Diagnose vereist twee klinische criteria: anhidrose en verminderde pijnzin, en wordt bevestigd door identificatie van varianten in NTRK1 met behulp van genetisch testen. Onderzoek van huidbiopten toont deficiënte C en A-deltavezels in de epidermis en hypoplastische zweetklieren zonder innervatie in de huid. De concentratie van norepinefrine in het plasma is extreem laag of onwaarneembaar, maar de activiteit van epinefrine, vasopressine en renine in het plasma zijn normaal.
Differentiële diagnose
De differentiële diagnose omvat andere erfelijke sensorische en autonome neuropathieën waarvan het onderscheiden wordt door afwezig of aanzienlijk verminderd zweten.
Genetisch advies
Het overervingspatroon is autosomaal recessief. Wanneer beide ouders niet-getroffen dragers zijn, bedraagt het risico om de ziekte over te dragen op een nakomeling 25%. Nakomelingen van getroffen individuen zijn obligate dragers.
Beheer en behandeling
Behandeling is ondersteunend en gericht op het controleren van hyperthermie, voorkomen van zelfverminking, en behandeling van orthopedische problemen die potentieel ernstige en invaliderende misvormingen kunnen veroorzaken. Het is noodzakelijk om families te helpen omgaan met gedrags- en opvoedingsproblemen.
Prognose
De prognose voor onafhankelijke functies hangt af van de mate van expressie van de ziekte en het vermogen om de secundaire klinische problemen te controleren.
Gedetailleerde informatie
Artikel voor experts
- Samenvatting
- Hebrew (2020, pdf)
- Review artikel
- English (2007)
- Richtlijnen klinische praktijk
- Deutsch (2015)
- Clinical genetics review
- English (2018)
Aanvullende informatie